GLS is een bladschimmelziekte die maïs aantast. Er zijn twee schimmelpathogenen die GLS veroorzaken, namelijk Cercospora zeae-maydis en Cercospora zeina. De symptomen zijn bladlaesies, verkleuring (chlorose) en bladziekte. De schimmel overleeft in puin van de bovengrond en infecteert gezond gewas via ongeslachtelijke sporen die conidia worden genoemd. Omgevingsomstandigheden die het beste passen bij infectie en groei zijn onder meer vochtige, vochtige en warme klimaten. Slechte luchtstroom, weinig zonlicht, overbevolking, onjuist bodemvoedings- en irrigatiebeheer en slechte bodemdrainage kunnen allemaal bijdragen aan de verspreiding van de ziekte. Beheerstechnieken zijn onder meer gewasresistentie, vruchtwisseling, residubeheer, gebruik van fungiciden en onkruidbestrijding. Het doel van ziektebeheer is om het aantal secundaire ziektecycli te voorkomen en om het bladoppervlak te beschermen tegen schade voorafgaand aan de korrelvorming.